In de media: “Verruiming consumentenbescherming: – column Autoplus zomer editie 2022

Autoplus column Huurbescherming

Tjerk schreef in zijn vaste column in Autoplus Magazine over de recente verruiming van de consumentenbescherming.
Lees het artikel hieronder.

Consumenten worden in Nederland enorm beschermd. In eerdere columns schreef ik daar al over. Ik adviseer ondernemers daar alert op te zijn. Veel consumentenbescherming is dwingend in de wet geregeld. Daar kun je als ondernemer helaas in veel gevallen niet van afwijken. De wetgever heeft de bescherming van consumenten nu uitgebreid. De wetgever is de consument daarbij behoorlijk tegemoet gekomen.

Bewijslastverdeling bij gebreken

Als een klant klaagt over de aangekochte auto of een geleverd onderdeel, is vertrekpunt dat de klant moet bewijzen dat de auto of het onderdeel bij levering het gebrek al had. Op het moment dat de auto de showroom verlaat of een onderdeel over de toonbank gaat, moet het namelijk “goed” zijn. Wat er als uitgangspunt daarna gebeurt, komt voor rekening en risico van de klant. Dit is de gebruikelijke risico- en bewijslastverdeling bij koop in de wet.

Voor consumenten is hier echter een belangrijke uitzondering op gemaakt. Openbaart zich een gebrek aan de auto of het onderdeel binnen zes maanden na leveren, dan “wordt vermoed” dat dat gebrek er ook was op het moment van levering. De klant kan dus binnen die zes maanden simpelweg stellen dat er een gebrek is en er wordt dan van uitgegaan dat het gebrek er ook al was toen bijvoorbeeld de auto de showroom verliet. Niet de klant hoeft dus te bewijzen dat het gebrek er al bij levering was, maar het autobedrijf moet bewijzen dat het niet zo was en dat het gebrek pas is ontstaan na aflevering. Uit ervaring weet ik dat dit soms een onmogelijke opgave is.

Uitbreiding tot 12 maanden

De vergaande bescherming van consumenten, die ik hiervoor besprak, is de wetgever nog niet voldoende. De zes maanden waarin deze bescherming geldt, is nu namelijk onlangs uitgebreid naar twaalf maanden. Als er zich binnen twaalf maanden na levering van een auto een gebrek voordoet, kan de klant bij het autobedrijf aankloppen. Waar de klant eerst zes maanden bescherming genoot, heeft de wetgever dit nu dus nog eens verdubbeld. Voor de consument uiteraard mooi, maar voor de ondernemer een toename van het risico. Er zullen vaker klanten vele maanden na levering nog eens met klachten op de stoep staan.

Weerlegbaar vermoeden

Niet alle hoop is echter verloren. Als ondernemer kun je namelijk aan het risico van deze consumentenbescherming ontkomen. Je zult dan aan moeten tonen dat het gebrek ten tijde van levering nog niet aanwezig was. Dit zal met name gelden voor slijtageonderdelen en onderdelen die nu eenmaal van het ene op het andere moment stuk kunnen gaan. Dan kun je aannemelijk maken dat het gebrek pas later, na de levering, is ontstaan en de klant daar dan zelf verantwoordelijk voor is.

Voorkoming risico’s

Ik schreef hiervoor al dat consumentenbescherming dwingend in de wet is geregeld. Je kunt dit als ondernemer dus niet uitsluiten. Riedels als “zoals gezien en gereden” of “zo mee” zijn, uitzonderingen daargelaten, niet mogelijk. Ondanks dat je bescherming van consumenten niet kunt wegschrijven, zijn er wel praktische oplossing om het probleem te tackelen.

Het is belangrijk dat je als ondernemer zelf goed onderzoekt wat voor auto je verkoopt, door die voor de levering zelf te onderzoeken. Veel auto’s kunnen met computers worden uitgelezen en die informatie kan eventueel worden gedocumenteerd. Bewaar die informatie en als een klant dan later komt klagen, kan daarmee worden tegengeworpen dat vermoed wordt dat het beweerde gebrek al ten tijde van levering aanwezig was. Maar er zijn wellicht ook andere manieren te bedenken om vooraf al informatie over een auto te verzamelen. Mocht een klant dan op de stoep staan met een klacht, wellicht dat je als ondernemer dan het tegenbewijs dat het gebrek bij levering aanwezig was al direct kunt leveren.